Create Samenwerking E: Test test test

From Dashboard samenwerking Wijchen

You do not have permission to edit this page, for the following reason:

The action you have requested is limited to users in one of the groups: Users, Administrators, wsadmin, editor.


23. Vormen van samenwerking

Geef hier een aanduiding van de aard van het samenwerkingsverband: is er sprake van formele of informele samenwerking? Welke juridische vormgeving is van toepassing - gaat het om een publiek rechtelijk of een privaatrechtelijke samenwerkingsvorm?


TOELICHTING

Vormen van samenwerking - basis a4 staand-01.png

Maak een keuze uit de selectie:

TOELICHTING

Samenwerken via een gemeenschappelijke regeling (Wet gemeenschappelijke regeling)

Er zijn verschillende soorten gemeenschappelijke regelingen:

  • Een gemeenschappelijk openbaar lichaam is de zwaarste gemeenschappelijke regeling en heeft de status van een rechtspersoon. Deze vorm bestaat uit drie bestuursorganen: Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur en voorzitter. Deelnemers kunnen taken en bevoegdheden aan het openbaar lichaam overdragen. Dit is een veel voorkomende vorm van publiekrechtelijke samenwerking.
  • Een gemeenschappelijk orgaan heeft een dagelijks bestuur en beschikt niet over rechtspersoonlijkheid. Overdragen van bevoegdheden is beperkt mogelijk en de samenwerking kan geen personeel in dienst nemen. Deze samenwerking wordt vooral ingezet als overlegorgaan.
  • Een centrumgemeente oefent taken en bevoegdheden uit voor andere gemeenten. Deze samenwerking heeft geen eigen bestuur.
  • Een bedrijfsvoeringsorganisatie wordt opgericht voor de behartiging van bedrijfsvoerings- of uitvoeringstaken. Deze vorm kent alleen een enkelvoudig bestuur: het dagelijks bestuur.
  • Een regeling zonder meer is de lichtste vorm zonder overdracht van taken of bevoegdheden. Alleen afspraken worden vastgelegd – meestal zonder juridische binding – onder noemers zoals een ‘overheidsconvenant’ of ‘bestuursakkoord’.

Samenwerken via een subsidierelatie

Subsidie is een bijzondere vorm van samenwerking. Deze valt niet onder de Wet gemeenschappelijke regeling maar de Algemene wet bestuursrecht. Onder subsidie wordt ingevolge artikel 4:21 lid 1 van de Awb verstaan: (1) de aanspraak op financiële middelen, (2) door een bestuursorgaan verstrekt (3) met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, (4) anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten. Er zijn globaal twee varianten:

  • Niet afdwingbare subsidie: de subsidieontvanger krijgt een voorlopige aanspraak op middelen. Indien de ontvanger zich niet houdt aan bepaalde verplichtingen kan de gemeente de verleende subsidie lager of nihil vast stellen en betaalde voorschotten terugvorderen (art 4:21 Awb).
  • Afdwingbare subsidie: de gemeente kan ten behoeve van bijzondere belangen een prestatieplicht opleggen om de gesubsidieerde activiteiten daadwerkelijk uit te voeren door middel van een ‘uitvoeringsovereenkomst’ (art 4:36 Awb). Om die reden kan tevens sprake zijn van een ‘overheidsopdracht’.
Maak een keuze uit de selectie:

TOELICHTING

Privaatrechtelijke samenwerkingsvormen

  • Naamloze en Besloten Vennootschappen zijn rechtspersonen. Deelnemers participeren door de inbreng van kapitaal en zijn daarmee aandeelhouders. Aandelen van een BV staan op naam en zijn niet verhandelbaar, aandelen van een NV zijn vrij verhandelbaar. De bestuursorganen zijn de Algemene Vergadering van Aandeelhouders voor belangrijke strategische beslissingen, het bestuur of de directie voor dagelijkse leiding. Er kan een Raad van Commissarissen zijn als de interne toezichthouder op het Bestuur/ Directie.
  • De Vennootschap onder firma is geen rechtspersoon en heeft geen organen zoals een bestuur of algemene vergadering van aandeelhouders. De vennoten zijn hoofdelijk aansprakelijk voor gemaakte schulden. Alle vennoten brengen iets in, kapitaal, arbeid of goederen. Een speciale vorm van de vof is de commanditaire vennootschap. Bij een cv wordt er onderscheid gemaakt tussen beherende vennoten die bevoegd zijn te handelen namens de vennootschap, en vennoten die slechts een financiële inbreng hebben. Deze laatste vennoten worden stille vennoten genoemd.
  • De stichting is een rechtspersoon en richt zich op realisatie van een (ideëel) doel. Winst mag niet uitgekeerd aan bestuurders of oprichters. Een stichting kent een bestuur bestaande uit voorzitter, secretaris en penningmeester. Er is geen controlerend mechanisme in de vorm van een vergadering van aandeelhouders of leden (zoals een vereniging). Wel kan een raad van toezicht worden ingesteld.
  • Een vereniging is een rechtspersoon en kent minimaal een algemene ledenvergadering en een bestuur. Eventueel kan een raad van toezicht of raad van commissarissen worden ingesteld.
  • Een coöperatie en onderlinge waarborgmaatschappij zijn speciale verenigingen. In de praktijk komen grofweg drie typen voor: (1) Bedrijfscoöperatie, de leden zijn zelf ondernemer en laten de coöperatie centraal een aantal diensten verzorgen. (2) Productiecoöperatie, de leden zijn tevens werknemer van de coöperatie. (3) Consumentencoöperatie, de leden kopen, door de coöperatie, centraal ingekochte goederen van deze coöperatie en verdelen het behaalde voordeel.
  • Bij een contract kan je bijvoorbeeld denken aan een commerciële transactie in de vorm van een opdracht voor werken, levering of dienstverlening. De omschreven prestaties in een contract zijn over en weer afdwingbaar.
Maak een keuze uit de selectie:

TOELICHTING

Het gaat hier om samenwerking tussen publieke organisaties zonder dat dit een formele status heeft. Het kan bijvoorbeeld gaan om overleg tussen portefeuillehouders (informeel bestuurlijk overleg). Afstemming en kennisdeling tussen ambtenaren is een vorm van informeel ambtelijk overleg.

Maak een keuze uit de selectie:

TOELICHTING

Het gaat hier om informele samenwerking van de gemeente met private partijen, bewoners, bedrijven, organisaties.

24. Overdracht van publieke taken of bevoegdheden?

Heeft de gemeente bevoegdheden of taken gedelegeerd of gemandateerd aan de samenwerking? Om welke taken of bevoegdheden gaat het dan?

TOELICHTING

Delegatie

Delegatie en overdracht van bestuursbevoegdheden en regelgevende bevoegdheden vindt plaats door delegatie als bedoeld in artikel 10:13 Algemene wet bestuursrecht (Awb). Voor delegatie is een wettelijke grondslag vereist (artikel 10:15 Awb). Voor delegatie aan de bestuursorganen van een gemeentelijk gemeenschappelijk openbaar lichaam vormt artikel 30 lid 1 Wgr die wettelijke grondslag. Bij delegatie wordt niet alleen de bevoegdheid overgedragen maar komt de verantwoordelijkheid ook volledig bij de organen van het gemeenschappelijk openbaar lichaam te liggen. De overgedragen bevoegdheid wordt door het bestuur van het gemeenschappelijk openbaar lichaam zelfstandig en uit eigen naam uitgeoefend.

Mandaat

Mandaat als bedoeld in artikel 10:1 Algemene wet bestuursrecht (Awb) is de bevoegdheid om in naam van een ander te handelen en besluiten te nemen, maar zonder de daarbij horende verantwoordelijkheid. Bij mandateren worden geen bevoegdheden overgedragen. De mandaatgever blijft zelf bevoegd. Delegeren daarentegen betekent wel het overdragen van bevoegdheden, inclusief de verantwoordelijkheid. Een mandaatgever blijft bevoegd de gemandateerde bevoegdheid zelf te hanteren.

25. Vertegenwoordiging in bestuursorganen

Zijn er functionarissen die de gemeente vertegenwoordigen in de bestuursorganen van de samenwerking? Zo ja, wie en in welk orgaan?

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

Orgaan:
Burgemeester: Wethouders:
Raadsleden: Ambtelijk:

26. Zeggenschap

Welke formele invloed heeft de gemeente in de samenwerking – indien van toepassing?
TOELICHTING

Denk bijvoorbeeld aan:

  • Eén stem per deelnemer – ‘one man, one vote’ (gelijkheidsbeginsel).
  • Aantal stemmen naar bijvoorbeeld het aantal inwoners of de omvang van de financiële bijdrage (proportionaliteitsbeginsel, gewogen stem).
  • Stemmen op basis van consensus (consensusbeginsel).
  • Een combinatie van bovenstaande.
  • Of iets anders....

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

Orgaan:
Aantal stemmen voor de gemeente: Totaal aantal stemmen: Toelichting:

27. Rol-, taak- en bevoegdheidsverdeling

Beschrijft de onderlinge rol- en taakverdeling tussen de partners.

• Wat is de eigen rol- en taak?

• Welke rollen en taken vervullen de andere partners?
TOELICHTING

Wie doet wat? In een samenwerking kunnen allerlei rollen en taken verdeeld worden. Er zijn bijvoorbeeld financiers, uitvoerders, kennisleveranciers, een regisseur et cetera.

Bij een Centrumgemeenteconstructie kunnen deelnemende gemeenten allerlei taken onder brengen bij de centrumgemeente, die in opdracht van de andere gemeenten deze taken uitvoert. Daartoe verlenen de deelnemende gemeenten mandaat aan de centrumgemeente.

28. Aanvullende afspraken, procedures en instrumenten

Is sprake van aanvullende afspraken, werkvormen of instrumenten voor governance van de samenwerking? Welke?
TOELICHTING

Denk aan:

  • Tussentijdse evaluatie en monitoring.
  • Organiseren van werkbezoeken
  • Aanstellen van rapporteurs binnen de raad voor deze samenwerking.
  • Aanstellen van een bestuurlijke regisseur in het college.
  • Organiseren van gezamenlijke invloed pogingen met raden van andere gemeenten – zoals bij het afstemmen van zienswijzen.
  • Borging van de gemeentelijke eigenaarspositie.
  • Afspraken over informatievoorziening.
  • Onafhankelijk toezicht

28.1 Toezichtarrangement

28.2 Overige aanvullende afspraken, procedures en instrumenten

29. Mogelijkheden en (financiële) consequenties voor beëindiging of uittreding

Wat zijn de mogelijkheden om de samenwerking te beëindigen of te verlaten? Wat zijn financiële en overige consequenties? Wat is hierover formeel geregeld?

Laat mij deze gegevens wel opslaan maar nog niet publiceren.